Als we het hebben over duurzaam bouwen praten we niet alleen over het energiebesparend wonen, maar vooral ook of de bouwwijze goed is voor mens en milieu. Dat betekent dus verantwoord omgaan met grondstoffen, energie en ook de open ruimte. Zo wordt er meestal zongericht gebouwd, zodat de passieve zonne-energie optimaal benut wordt. Er zijn drie verschillende type duurzame huizen zoals de lage energiewoning, nul energiewoning en passiefhuis.
Lage energiewoning
In dit type woning zijn diverse maatregelen getroffen om het energieverbruik te beperken. Zo zijn deze woningen boven gemiddeld geïsoleerd en verbruiken jaarlijks ongeveer 50kWh per vierkante meter vloeroppervlakte. Dit is stukken zuiniger dan een gemiddelde woning. Door de verwarmingskosten aanzienlijk te beperken zal er een terugverdieneffect ontstaan en de CO2 uitstoot is ook vele malen lager dan bij een gemiddelde normale woning. Een lage energiewoning past technieken toe zoals: goed isoleren, licht dichten, ventileren en het benutten van de zon.
Nul energiewoning
Dit type woning is erg duurzaam doordat deze bij een normaal leefpatroon jaarlijks evenveel energie verbruikt als dat het opwekt. Andere benamingen voor dit type woning zijn: balanswoning, energiebalanswoning, energie neutrale woning, Nul-energiewoning en CO2-neutrale woning.
Een nul energiewoning haalt energie voor de verwarming, warm water en elektriciteit uit energiebronnen zoals zonnepanelen, windmolens, warmtebuffers en aardwarmte. Door deze vormen van energieopwekking zijn deze woningen vaak CO2 neutraal.
Passiefhuis
In dit type woning worden de warmte verliezen beperkt tot een minimum door de optimalisatie van isolatie, luchtdichtheid en terugwinning van warmte door het ventilatiesysteem. De isolatie moet bijvoorbeeld overal doorlopen van de vloer tot het dak en de diktes variëren van 18 cm tot 35 cm afhangend van het isolatiemateriaal. Ook is er extra isolatie bij al het niet-constructieve materiaal en de beglazing is drievoudig.
Verse lucht wordt constant aangevoerd om het comfort van de bewoners zo hoog mogelijk te houden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een speciale warmtewisselaar die de binnenkomende lucht verwarmt met de lucht die naar buiten afgevoerd wordt en doet dit zonder de twee luchtstromen met elkaar te mengen. Hierdoor komt de verse lucht in ruimtes zoals de slaapkamer, leefruimtes en werkruimtes en de afgevoerde lucht gaat via natte ruimtes zoals de badkamer, keuken en het toilet naar buiten.
Om de zon efficiënt te kunnen benutten moet er rekening gehouden worden met de zontoetredingsfactor G voor de beglazing. Hierbij geeft factor G aan welk percentage van de totale zonne-energie op de beglazing toegelaten wordt. In het geval van passieve woningen moet factor G meer dan 50% zijn. Om oververhitting te voorkomen worden er externe structurele schaduwingen toegepast zoals luifels, balkons en buitenzonwering.
Meer weten van de mogelijkheden?
Wilt u weten welke vorm van duurzaam bouwen bij u van toepassing kan zijn of heeft u nog andere vragen overgehouden na het lezen van dit artikel? Neem dan voor meer informatie contact met ons op via ons contactformulier of bel naar 0299 – 681 436.
Terug naar overzicht